Uitgebreide Producenten Verantwoordelijkheid (UPV)
In Nederland bestaat voor een aantal producten een uitgebreide producentenverantwoordelijkheid (UPV). Dit houdt in dat producenten of importeurs (mede)verantwoordelijk zijn voor het afvalbeheer van de producten die door hen op de markt worden gebracht. Wij ondersteunen dit instrument. UPV is een belangrijk dossier dat het belang van de gemeenten raakt. Niet alleen de bestaande UPV- constructies zoals verpakkingen en AEEA, maar ook de nieuwe UPV's voor matrassen, textiel en de Europese richtlijn Single Used Plastics (SUP) waarbinnen de UPV voor zwerfafval is opgenomen. Uit het juridisch onderzoek van de Universiteit van Utrecht naar de rol van de gemeenten en inzamelorganisaties, zoals Meerlanden, in relatie tot de UPV is duidelijk geworden dat de gemeenten en de inzamelorganisatie te weinig worden betrokken. Zowel de brancheorganisatie NVRD, waar de algemeen directeur van Meerlanden in het bestuur zit, als de VNG de conclusies en aanbevelingen onder de aandacht gebracht van het Ministerie, de staatssecretaris en de Kamer en hebben deze al geleid tot verschillende moties.
UPV AEEA
AEEA is de snelst groeiende afvalstroom. Door de energietransitie en de elektrificatie neemt de vraag naar grondstoffen toe. De doelstelling van de producenten is het inzamelen en verwerken van minimaal 65% van het gemiddeld gewicht van elektrische en elektronisch apparatuur die door producenten in de voorgaande drie jaren in Nederland in de handel is gebracht. Gemeenten en Meerlanden moeten zorgdragen voor:
- Gescheiden inzameling van AEEA van particuliere huishoudens
- Voldoende brengvoorzieningen om AEEA in te nemen
Afgifteplicht
Er komt een wettelijke afgifteplicht (omgevingswet) die verplicht dat het ingenomen e-waste aan een partij wordt afgegeven die het laat recyclen conform de CELENECstandaarden. Meerlanden heeft in samenwerking met coöperatieve vereniging Midwaste een contract met Stichting Open, waarin dit is opgenomen. Stichting Open lobbyt dat de gemeentelijke drempel voor inzameling van AEEA van consumenten en klein MKB wordt verlaagd (bijvoorbeeld langere openingstijden, nieuwe inzamelconcepten).
UPV matrassen
De UPV matrassen is sinds 2022 een feit. Vanaf 1 januari 2023 krijgen gemeenten 60% van hun kosten vergoed. Dit percentage wordt in 2024 naar 100% verhoogd. De matrassen moeten wel droog aangeleverd worden, wil er een vergoeding tegenover staan. Om dat te realiseren zorgt Meerlanden voor een aparte grofvuilroute voor matrassen en elektrische apparaten (vanuit de UPV AEEA). Op de milieustraat staan er containers waar de droge matrassen separaat worden ingezameld van de vuile matrassen. Ook communiceren wij hierover richting inwoners.
UPV textiel
De UPV Textiel is uitgesteld en zal naar verwachting in 2023 in werking treden.
UPV
Luiers De staassecretaris heeft aangegeven ook aan de slag te gaan met een UPV voor luiers- en incontentiemateriaal. Dit is een belangrijke ontwikkeling in het stimuleren van afvalscheiding en verwerking van luiers- en incontinentiemateriaal.
UPV PBD
In 2022 waren en veel discussies over de kwaliteit van PBD en dan met name de kosten en de samenstelling en wat dit betekent voor de vergoedingen. Uiteindelijk zijn er afspraken gemaakt voor een voorlopige bronscheidingsvergoeding voor 2022. Vanwege het groot aantal openstaande discussiepunten met het Afvalfonds is door de Stuurgroep PKO (platform Ketenoptimalisatie Verpakkingen) een commissie nieuwe Ketenafspraken, commissie Eringa in het leven geroepen.
Europese Single Used Plastics: Zwerfafval
De Europese Commissie heeft een richtlijn opgesteld om plastic vervuiling te verminderen. De belangrijkste maatregelen uit de SUP-richtlijn zijn:
- Vanaf 2024 moeten doppen en deksels vastzitten aan plastic flessen en drankverpakkingen. Daardoor worden ze automatisch ingeleverd voor recycling
- Vanaf 2025 moeten PET-flessen voor minstens 25% uit gerecyclede kunststoffen bestaan. In 2030 moet dit minstens 30% zijn.
- Producenten worden verantwoordelijk gehouden voor (zwerf)afval van een aantal van hun producten. Dit gaat over onder andere drank- en voedselverpakkingen, drinkbekers, lichte plastic tassen, vochtige doekjes, tabaksproducten (met filters), ballonnen en vistuig. Producenten moeten onder meer zorgen voor de inzameling, het vervoer en de verwerking van die plastic producten. En voor bewustwording van de consument.
- In 2025 moet minimaal 77% van alle plastic drinkflessen tot drie liter worden ingezameld.
- In 2029 moet dit minimaal 90% zijn.
- De overheid gaat consumenteninformatie geven over herbruikbare alternatieven voor deze plastic producten. En over mogelijkheden voor goed afvalbeheer (hoe afval af te danken). Ook krijgen consumenten informatie over het gevolg van dit plastic afval op het milieu.
Vanaf 2023 betalen producenten mee voor de kosten van het opruimen van zwerfafval. De implementatie van de SUP heeft op die manier, naar verwachting, gevolgen voor de samenstelling van het zwerfafval dat wordt ingezameld. De verwachting is dat er minder plastic wegwerpartikelen worden gevonden, minder plastic drinkflessen en minder blikjes.